Het is weer tijd voor ‘het favoriete elftal van’. Ditmaal heeft Huub Doppenberg zijn elftal samengesteld.
Huub, de man die net zo breed als lang is, speelt al vanaf zijn 6de bij Rood-Wit ’58. Zijn eerste seizoen was gelijk zijn hoogtepunt; kampioen worden in de F1. Onder het legendarische trainersduo Marcel Mijnten en Henk Zeegers werd het kampioenschap behaald. Begonnen als keeper en vervolgens getransformeerd in een pijlsnelle linksbuiten die soms a la Forrest Gump bijna het veld uitrende, hobbelt hij tegenwoordig op een iets lager tempo mee in het 4de oftewel het ‘keetelftal’. Daarnaast staat hij ook regelmatig achter de bar (als de kantine open is dan) of anders aan de andere kant van de bar (ook dan als de kantine tenminste open is..).
Huub, vertel, wie staat er op doel?
Dat kan er voor mij maar 1 zijn: Teus van Meerveld. Teus ken ik al van jongs af aan en ik heb jarenlang met hem samengespeeld. Teus was ontzettend goed in de één tegen één en had katachtige reflexen. Hij is na een aantal jaar in het eerste te hebben gespeeld al vroeg gestopt met veldvoetbal, maar heeft daarna nog lang in de zaal gekeept.
Oké en wie heb je in de verdediging gezet?
Ik heb gekozen voor een driemansverdediging, aangezien deze gasten zo goed zijn dat ik ze wel 1 op 1 durf te laten: Ron Norbart, Tino Kleyer en Rinse Tigchelaar. Ik heb ook nog getwijfeld om Koen Doppenberg erin te zetten, maar dan moet ik dat elke week weer aanhoren, dus hij moet het lekker doen met een plekje op de bank. Ron Beton oftewel Ron sliding is echt een plaag voor elke aanvaller. Hij blijft 90 minuten lang gaan, je moet hem echt 10 keer voorbij, voordat je van hem af bent. Hij is zo fanatiek dat hij zelfs in de kleedkamer nog slidings maakt. Tino kan ik overal neerzetten. Als het nodig is, kan ik hem altijd nog in de spits gooien. Met zijn maatje 50 (om aan voetbalschoenen te komen, moeten ze eerst speciaal voor hem een olifant slachten) zit hij overal tussen. Beresterk en voor de duvel niet bang, ideaal om in je team te hebben. Als laatste heb ik Rinse dus in de verdediging staan. Eigenlijk kan hij er geen klote van, maar het is 1 van m’n beste maten dus ik vond het lullig om hem er niet in te zetten. Haha nee geintje joh, Rinse kan zich ook echt vastbijten in een tegenstander en kan daarnaast ook nog heel goed voetballen. Het is ook een hele leuke gozer, dus zeer geschikt om erbij te hebben in de derde helft.
Een verdediging om bang van te worden zo te horen, wie heb je op het middenveld staan?
Daar word je nog banger van, hier heb ik Tim van de Berg, Peter de Koning, Michel van de Berg en Marcel van Hierden staan. Gerhard Bronkhorst mag naast Koen op de bank plaatsnemen. Hij kan in Uddel al niet rustig over straat zo bekend is ie daar, dat wil ik hem in Putten niet aandoen. Tim is m’n grote Feyenoord maat, hij heeft het nergens anders over. Als voetballer moet hij het echt van zijn geweldige inzicht hebben. Hij staat altijd goed en zorgt er ook voor dat anderen goed staan. Daarnaast kan hij de bal ook neerleggen waar hij wil, dus elke aanval kan bij hem beginnen. Peter is mijn grote voorbeeld. Hij heeft tot z’n 65ste gevoetbald en deed zelfs toen niet voor zijn ploeggenoten onder. Met hem in het veld hoefde je nooit bang te zijn; als er iemand van de tegenstander vervelend was, liep diegene nog weleens per ongeluk tegen Peter’s elleboog op haha. Ik spreek hem buiten het veld ook geregeld, echt een gouden vent. Michel B hoort er als ex-DVS’er eigenlijk niet in, maar ik heb veel mooie jaren met hem gehad, dus ik heb toch maar met m’n hand over m’n hart gestreken. Michel kwam in de A1 over van DVS dus en was in het begin heel rustig. Hoe meer hij zich thuis voelde, hoe meer praatjes hij kreeg. Mooi seizoen was dat, we hebben zelfs nog een hele tijd bovenaan gestaan. Hij had een groot loopvermogen en scoorde ook regelmatig. Marcel zal niet bij iedereen bekend zijn, de meesten zullen zijn broer René beter kennen. Maar Marcel was een hele goeie voetballer. Vooral als ie zich kwaad maakt, schoot hij ze er achter elkaar in. In de B1 kon trainer Martin van Meerveld hem zo prachtig opnaaien; Marcel werd dan met de minuut kwader en scoorde er dan vaak 1 of 2 om vervolgens juichend Martin half uit te schelden. Na de wedstrijd waren ze dan weer de grootste vrienden, mooie vent die Marcel. Ik heb thuis ook nog een foto van ons samen, waar we als kleine jochies met een Feyenoord shirt aan staan.
Ziet er allemaal goed uit, voorin ook van die gevaarlijke jongens?
Nee, zeker niet. Voorin heb ik allemaal lieverdjes gezet; Gert Vis, Mark van Veenhuizen en Niels Schreuder. Gert is m’n barmaatje. We hebben vaak samen achter de bar gestaan en er een feestje van gemaakt. Gert is een ontzettend sympathieke vent die er altijd 100% tegenaan gaat. Ook met andere sporten is ie bloedfanatiek. Gert is misschien niet de allerbeste speler met wie ik ooit heb gespeeld, maar hij stond er wel altijd, dat vind ik veel belangrijker. Mark, kleine Aart, dan. Een geval apart. 3 meter lang, maar ontzettend technisch. Het is dat ie niet voor zijn sport leefde, anders had ie nu nog in het Nederlands elftal gespeeld. Veel schik mee gehad op het veld en daarbuiten nog veel meer; toen ik al dik in de 20 was, kwam ie me thuis vaak ophalen voordat we naar de kroeg ging en vroeg dan altijd aan m’n moeder; Marian mag Huub buiten spelen? Haha. Als allerlaatste dan Niels. Met Niels heb ik zoveel gekke en mooie dingen meegemaakt. We hebben zelfs nog een jaar samengewoond, had ie z’n bed gewoon midden in de woonkamer staan haha, geweldige tijd. Hele bijzondere voetballer, hij heeft ondanks dat ie hartstikke dun is, de draaicirkel van een vrachtwagen. Maar hij kon ook echt geweldige doelpunten maken en schitterende acties hebben, het is vaak alles of niets met hem. Helaas wel vaak niets..
Top elftal dus. Wie mag dit zooitje ongeregeld gaan leiden?
Dat mogen Arjan Kieft en Gert Doppenberg doen. Arjan is een paar jaar mijn leider geweest in de senioren. Hij regelt alles tot in de puntjes. Ontzettend leuke en lieve gozer, daar kun je geen ruzie mee krijgen. En Gert is natuurlijk m’n vader. We zijn echt tegenpolen; hij kan to-taal niet tegen zijn verlies en ik maak me daar helemaal geen druk om. Juist het feit dat we zo verschillen, vind ik mooi. Dus hij moet er zeker ook bij zijn.
Verder nog iets te vertellen?
Nou, ik wil 1 ding nog wel even krijt. Ik vond het altijd fantastisch om met het busje naar Rood-Wit’58 te gaan toen ik klein was. Dat is echt jeugdsentiment. Anja van de Berg achter het stuur en elke week weer worden opgehaald en thuisgebracht. Ik hoop dat deze traditie nog heel lang wordt doorgezet!
Huub, bedankt voor je verhaal!